Programmeer elkaar
1.Overzicht:
Programmeren betekent eerst een algoritme schrijven en het nadien vertalen naar instructie die een computer begrijpt. Maar je kan ook programmeren zonder computer.
Leeftijd: 7-9 jaar
Niveau: beginner
Materiaal: papier, pen, post-its of tape
2.Doelen
De leerling
- maakt een eenvoudig algoritme met een lijst met instructies die tot een bepaald resultaat leidt.
3.Tool: nihil
4.Praktisch verloop
Laat de leerlingen in duo werken.
Stap 1: bereid je voor
Neem pen en papier en maak een schema zoals hieronder is afgebeeld.
Neem enkele post-its.
Beslis wie progammeur is en wie computer.
Stap 2: noteer op elke post-it een instructie. Bijvoorbeeld:
- Draai rond
- Zit neer
- Ga 2 stappen achteruit
- Ga 3 stappen vooruit
- Lach heel luid
- …
Stap 3: kleef jouw post-its op het schema en prober jouw programma met jouw medeleerling uit.
Tips voor oudere leerlingen:
- Maak een “als-dan” instructie
Als iemand binnen komt, dan begin je te wenen.
Als jij aan je moeder vraagt “krijg ik een snoepje?”, dan antwoordt jouw moeder “ja”.
Tips voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
- Maak vooraf kaartjes met foto’s en tekst.